Om een goede training neer te zetten heb je méér nodig dan alleen gedegen vakkennis. Maar wat zijn nou de hoofdingrediënten van een succesvolle training? In deze blog laten we je de vijf succesfactoren van een training zien.

1. Stel concrete leerdoelen vast

Zonder leerdoelen heb je geen focus en weet je niet waar je de training op moet richten. Het globale leerdoel van de training is daarom altijd het onderwerp van je training (bijvoorbeeld presenteren met overtuiging). Binnen dit globale onderwerp heb je specifieke sub-onderwerpen (zoals de opbouw, voorbereiding, communicatiemodel), die je weer kunt formuleren in concrete leerdoelen (boeiend spreken, aandacht vasthouden). Hierdoor is het voor de deelnemers helder waar aan gewerkt gaat worden en wat ze kunnen verbeteren.

Het is belangrijk om concreet te maken wat je wilt dat je deelnemers leren, omdat de deelnemers dan weten waaróm ze de oefeningen doen. Alleen dan kun je meten of de leerdoelen ook daadwerkelijk zijn behaald. Dit kan in de training zelf gemeten worden (door bijv. video-analyse van een mini-presentatie), direct na afloop (evaluatie met de deelnemers), maar ook door na de training te onderzoeken hoe deelnemers het geleerde toepassen in de praktijk (gesprek met leidinggevende).

2. Sluit aan bij je doelgroep

Blijf altijd jezelf als trainer, maar houd rekening met de deelnemers in je training. Kijk altijd naar de context: zorg ervoor dat je voorafgaand aan de training voldoende informatie hebt verzameld, zodat je kunt aansluiten bij je deelnemers. Je kunt een intake afnemen met vragen over leerdoelen, eerdere ervaringen en verwachten resultaten. Je kunt je verdiepen in de organisatie, websites bekijken, met collega-trainers praten over soortgelijke problematiek of soortgelijke leervragen en organisaties. Je kunt vakbladen lezen, in kaart brengen wat de verhouding man/vrouw is en een overzicht maken van leeftijd, kennisniveau en achtergrond. Heb je deze informatie niet voor handen? Besteed hier dan aan het begin van de training aandacht aan en maak er vervolgens gebruik van in de training. Hierdoor voelen deelnemers zich gehoord en kun je je verplaatsen in de deelnemers.

3. Varieer met werkvormen op basis van leerdoelen

Als je de leerdoelen helder hebt en weet met wie je te maken hebt, ga je kijken van welke werkvormen je gebruik kunt maken. Variatie zit in meerdere factoren, zoals het gebruik maken van verschillende zintuigen en intelligenties, maar ook door bijvoorbeeld deelnemers afwisselend in tweetallen te laten werken, daarna in drietallen en vervolgens klassikaal. Op deze manier kun je rekening houden met verschillende invullingen, wat de aandacht vasthoudt. Probeer als trainer ook af en toe wat anders uit. Door verschillende werkvormen in te zetten blijf je jezelf (en je deelnemers) uitdagen!

4. Check de randvoorwaarden

Maak voor jezelf een checklist van de dingen die moeten gebeuren of klaar moeten staan om een optimale leeromgeving te creëren. Is alle informatie verstrekt aan de deelnemers? Staan de tafels goed? Is er voldoende flip-overpapier met goedwerkende stiften? En werkt de beamer? Door deze randvoorwaarden al gecheckt te hebben voorafgaand aan de training kun je tijdens de training alleen bezig zijn met de groep en niet met de dingen er omheen.

5. Je toegevoegde waarde als trainer

Je rol als trainer is essentieel, want jíj bent degene die de lesstof moet overbrengen. De trainer maakt het verschil, want de theorie blijft hetzelfde. Weet wat je kracht is als trainer en speel daar op in. Waar ligt je talent? Maak hier volop gebruik van. Aan de ene kant neem je de rol van expert aan en aan de andere kant de rol van facilitator. Je rol als expert is vanzelfsprekend: het bezitten van vakkennis, waardoor je voor de groep staat. Als facilitator ben je bezig met het leerproces op gang brengen. Maar wat maakt je een goede facilitator?

Dit is tweeledig: enerzijds zijn dit je didactische vaardigheden, zoals het inspelen op de groep, voorbereiden, overbrengen van lesstof, zorgen voor interactie, weerstand wegnemen, oefenen etc. Dit kun je leren door te doen en je te laten opleiden. Het volgen van onze Train de trainer-training geeft je veel inzicht in je eigen stijl van trainen en jezelf terugzien op video geeft waardevolle feedback. Anderzijds speelt je persoonlijkheid mee in hoe je faciliteert: iedere trainer is uniek en heeft zijn eigen trainersstijl.

Weet wat je stijl is en zorg ervoor dat je feedback krijgt. Durf hierom te vragen, zodat je weet waar je kracht ligt als trainer en waar je nog aan kunt werken.