2. De interface

Om met Photoshop te kunnen werken is het belangrijk dat u vertrouwd raakt met de interface (schermindeling) van het programma. Als u Photoshop opent ziet u de volgende onderdelen:

Schermafbeelding Photoshop CS6 van de Gratis online training van Learnit

  1. Bovenin: de menubalk met daaronder de zogenaamde optiebalk
    • De menubalk is bekend van andere programma's, u kunt bijvoorbeeld onder bestand kiezen om een afbeelding op te slaan of te printen.
    • De optiebalk is een dynamische balk. Hij laat instellingen zien m.b.t. het geselecteerde gereedschap uit het gereedschapsvenster.
  2. Links: het gereedschapsvenster
    • Hier vindt u alle gereedschappen die u uiteindelijk allemaal wil beheersen om de benodigde bewerkingen uit te voeren.
  3. Midden: het documentvenster
    • Op de afbeelding hieronder is het nog een leeg veld maar spoedig zal hier een afbeelding te zien zijn.
  4. Rechts: verschillende vensters, ook wel paletten genoemd
    • In de paletten vindt u een verscheidenheid aan mogelijkheden. Het meest gebruikte palet is die van de lagen.
  5. Onderin: twee tabbladen om minibridge en een tijdlijn te openen
    • Minibridge kan gebruikt worden om eenvoudig door een verzameling afbeeldingen te bladeren om zo snel de juiste afbeelding te openen.
TIP: Als u de tab-toets indrukt verdwijnen alle vensters, druk de toets nog een keer om ze terug te halen.